Mijn klanten hebben weinig van mij gemerkt deze week en dat geldt ook voor de rest van de wereld. Ik was er even niet. Maar dan ook echt niet, want ik was ziek. Dat was een heel nieuwe ervaring. Niet dat ik nooit eerder ziek ben geweest, maar tot nu toe vond ik griep en aanverwanten vooral een state of mind. Gewoon lekker doorwerken, dan gaat het vanzelf over. Nou, hier ging niks vanzelf over. Ik lag stil en dus mijn business ook. Niet even lekker een verhaaltje maken voor een klant, niks van dat alles. Hoofdpijn, keelpijn, maagpijn, voorhoofdsrimpelpijn, vingernagelpijn, oogwimperpijn, alles pijn.
Het zijn natuurlijk tekenen van intredend verval. Je kunt wel denken dat leeftijd er niet toe doet, maar uitgestrekt in de Auping met een graadje of veertig koorts, het lijf gedrapeerd in een onnatuurlijke hoek die niet goed voor de gewrichten is maar toevallig het minste last geeft, voel je ineens al die veertig jaren wel ergens zitten. Sterker: ik voelde er wel tachtig, maar da’s logisch want vrouwenjaren tellen dubbel, toch?
Ik kwam erachter dat ziek zijn ook een hele dure aangelegenheid is. En niet alleen omdat ik geen facturen stuur als ik niks doe. ‘Zet maar in de voortuin’, snotterde ik tegen de kleine big die wilde weten hoe ze nu zonder mijn assistentie de garage open moest krijgen om haar fiets op te bergen. Dat deed ze, en weg was de fiets. Blijkbaar sliert er hier bij nacht en ontij gespuis langs de straten dat er niet voor terugdeinst op slot staande voertuigen te ontvreemden uit voortuinen waar ze in de eerste plaats al niets te zoeken hebben. Dat soort gajes wens ik het slechtste toe. Een hele enge ziekte bijvoorbeeld, de fietsendiefziekte. Ik hoop dat ze erin stikken. Nee, dat is niet christelijk. Maar het lucht en ruimt wel lekker op!