Ik ben vergroeid met mijn auto. Het is een soort verlengstuk van mijn ziel, passend bij mijn persoonlijkheid. Ik rijd rond in een exemplaar waarin ik gezien wil worden. En ik word ook gezien, want hij is knaloranje en valt niet weg tegen de achtergrond. Dat is soms vervelend. Als mensen zwaaien omdat ze me herkennen en ik hen niet – omdat zíj in iets grijs en onbestendigs rijden. Of wanneer ik ergens anoniem wil zijn. Niet vanwege illegale transacties ofzo, maar omdat je gewoon wel eens ergens anoniem wilt zijn. Maar meestal is het handig. Ik zie ‘m meteen staan op overvolle parkeerplaatsen. En op klaarlichte dag inbreken doe je niet in een oranje auto. ’s Nachts dan weer wel, maar dat is een ander verhaal.
‘Dat doe je goed’, knikte buurman Ton waarderend toen ik uitstapte nadat ik mijn auto strak langs de stoep fileparkeerde. ‘Voor een vrouw, bedoel je?’, vroeg ik. Hij keek me wat schaapachtig aan en bekende dat hij dat gedacht had. Want vrouwen, zo denken mannen, kunnen niet fileparkeren. Net zoals ze geen kaart kunnen lezen en geen ruimtelijk inzicht hebben. 31% van de vrouwen heeft dan ook liever dat de partner de auto inparkeert. En dat doen mannen graag, want 66% van hen vindt dat mannen beter rijden dan vrouwen. Deze percentages komen uit een vorige week gepubliceerd interessant onderzoekje naar rijgedrag van een verzekeringsmaatschappij.
Uit hetzelfde onderzoek blijkt dat Audi-rijders verreweg de meeste verkeersboetes krijgen voor snelheidsovertredingen, door rood licht rijden, parkeerovertredingen, het niet om hebben van de gordel en nog zo wat zaken. Hoe dat komt? Het stond er niet bij, maar ongetwijfeld omdat in Audi’s vooral mannen achter het stuur zitten. Mannen die denken dat ze beter rijden dan vrouwen. De typische Audi-rijder, ontdek ik dankzij Google, is een blanke man tussen de 30 en 50 jaar oud met een auto van de zaak. Hij is consultant of manager en overtuigd van het feit dat de auto hem een autoriteit verschaft waar iedereen voor moet wijken.
Voer voor psychologen hoor. Het zal wel een Freudiaans dingetje zijn, maar als er íets is wat ik op het materiële vlak begeer, is het wel het rijden in een Audi. Ik denk dat de populatie Audi-rijders daar ontzettend van opknapt want ik streef er wél naar me te houden aan verkeersregels. ‘Als je kon kiezen tussen een hele leuke man óf een Audi A3, wat zou je dan nemen?’, vroeg een vriendin deze week. ‘Daar hoeft mijn moeder geen seconde over na te denken’, reageerde de kleine big die dus helemaal niet zo verdiept was in haar huiswerk als ik dacht. Hilariteit alom. Maar bij nader inzien, voortschrijdend inzicht, ga ik voor die hele leuke man. Die Audi regel ik zelf wel. En erin rijden doe ik ook zelf.