Blog

Fruitvliegjes

Zomerfruit, ik ben er dol op. Ik koop het groot in bij de groenteboer en rijd zwalkend naar huis op een zwaarbeladen fiets. Met tassen vol nectarines, perziken, meloen, pruimen, bessen in soorten en smaken, kersen en aardbeien. Sommige fruitjes moeten na aankoop even rijpen. Ik koester ze bij de juiste temperatuur, spreek ze bemoedigend toe en omgeef ze met veel liefde. Af en toe inspecteer ik ze nauwkeurig op rotte plekken. Elke keer als ik langsloop zijn mijn kweeksels sappiger, geuriger en fruitiger geworden. Steeds een beetje meer tot ze precies goed zijn.
Net als ik met mijn ogen dicht vol verrukking een hap wil nemen van een overrijpe nectarine wacht de grootst denkbare teleurstelling. Alle fruitvliegjes van de hele wereld hebben ongemerkt hun intrek genomen in mijn fruitschaal, zich een weg gevreten naar het hart van het sappigste exemplaar en dat omgetoverd in een bastion van krioelende narigheid. Een wolk van minuscule vliegjes waaiert uit door de hele keuken. De zomer is twee dagen oud en het is hier vergeven van de fruitvliegen. Waar waren die beesten de hele ellendige winter die duurde tot en met juni? En waar zijn die spinnen als je ze nodig hebt? Of zouden ze geen fruitvliegen lusten?
Ik wijd me dus aan de fruitvliegbestrijding. Ik Google wat heen en weer tussen ‘zelf een fruitvliegval maken’ en ‘het diervriendelijk vangen van de fruitvlieg om ‘m daarna los te laten in het bos’ en kies dan een haalbare oplossing. Ik plaats een bakje met frambozenazijn op het aanrecht en wacht af. Dat hoef ik niet lang te doen, want in no time stelt het fruitvliegbataljon zich op in slagorde om aan te vallen op het bakje. Tot zover alles in orde. Helaas ontbreekt het happy end. Voor mij dan. Want in tegenstelling tot het beloofde resultaat (de vliegjes nemen een duik en verdrinken) klonteren ze gezellig met z’n allen samen op de rand van Bad Frambozenazijn, baden spetterend hun pootjes en stijgen verfrist gewoon weer op.
Het zal wel aan mij liggen. Ik ben hard aan vakantie toe. Ik pak een koffer en de kleine big en we zijn weg. Maar niet voor ik al het fruit heb weggewerkt, geen proviand meer te bekennen voor een fruitvlieg. Poes spreek ik streng toe. Iets in de trant van ‘op het huis passen’ en ‘fruitvliegenjacht’. En we hopen dat ze haar dagelijkse rantsoen light-brokjes tijdens onze afwezigheid uit verveling gaat aanvullen met proteïnerijke fruithapjes. Eh, fruitvliegjes.

LydiaFruitvliegjes