De komende dertig blogs zullen wel over Barcelona gaan, schat ik zo in. Ik ben er net een kleine week geweest, met de leukste veertienjarige van de hele wereld. Op haar verzoek, want die eeuwige trips naar Zweden, daar was ze wel klaar mee. En het viel niet tegen. Het was zon, zee en genieten wat de klok sloeg. We lieten ons uit bed vallen wanneer we zin hadden, aten tapas op elke straathoek en maakten aan het einde van de week de balans op: daar was de gazpacho het lekkerst en daar de frittata.
Waar we geen zin in hadden, dat deden we niet. We gaven ons niet over aan huishoudelijke beslommeringen en andere vervelende werkjes. Wel lieten we ons door de stad vervoeren met een hop on-hop off bus en zagen alle highlights. Bij sommige stapten we uit, soms om samen met honderden anderen in de rij te gaan staan in de brandende zon. Maar wie de Sagrada Familia wil zien, moet er iets voor over hebben. Dat geldt ook voor de overige Gaudi-attracties: alle casa’s die hij heeft ontworpen of waar hij heeft gewoond, de mozaïeken, de bijzondere en herkenbare modernistische gebouwen. We zagen de musea van Picasso en Miró. Veel andere musea sloegen we over, die doen we later, als we eens terugkomen in een herfst. Zonder wachtrijen met hordes landgenoten want die wil je helemaal niet tegenkomen. Niet in Barcelona en nergens niet.
De kleine big loopt tegenwoordig niet meer aan mijn hand, maar ik kreeg in de massa wel de neiging haar een tuigje om te doen. Stel dat ik haar kwijt zou raken! Zij stapte echter dapper voor mij uit en ik volgde, met de portemonnee. Winkel in, winkel uit. De winkels van thuis hebben ze daar ook en je kunt er met je pin betalen. De wereld is een dorp vol met Hennissen en Mauritzen. En met onverstaanbare mensen, dat wel, want het Engels van de Barcelonezen is net zo beroerd als mijn Spaans. De kleine big weet wel ineens welk keuzevak handig zou zijn om zich in voorkomende gevallen te kunnen redden in vakantiesituaties in Spanje wanneer je graag wilt weten of er tussen alle XS-jes ook nog gewoon een M te vinden is, of desnoods een L.
We waren er nog helemaal niet aan toe om te vertrekken. We hadden nog lang niet alles bezichtigd, bezocht of gekocht, maar het geld was op. Bovendien pasten er geen nieuwe schoenen of shirtjes meer in de koffer. Helaas komt aan alle dingen een eind. Hopelijk ook aan het slechte humeur van poes, die zich ernstig in de steek gelaten moet hebben gevoeld en ons nu sinds thuiskomst terugbetaalt met grote chagrijnigheid. Kijken hoe ver we komen met een blikje vis.